Pagina's

01 juni 2006

Het paleis van de republiek

De Reichstag, het nieuwe Hauptbahnhof, checkpoint Charly. In Berlijn is zoveel te zien dat je er meer dan de vier dagen dat wij er verbleven nodig hebt om een goede indruk te krijgen. Maar het wonderlijke aan deze stad is dat er ook heel veel niet te zien is. Gesloopte geschiedenis, uitgewiste herinneringen en blinde muren.
Naast alle pracht en praal van oude en nieuwe gebouwen, hebben Man en ik ons verbaasd over de vele lege plekken in de stad. Soms niet veel groter dan een huizenblok of de zo bekende en gehate muur, vaak zo groot als een flink voetbalveld. Wat je niet ziet, kun je ook niet weten zullen de planners van de sloop hebben gedacht. Maar navraag leert dat er vaak een wereld van geschiedenis achter deze grasvelden schuilt. Waar nu jonge Berlijners voetballen of op een kleed gezeten genieten van een broodje, stond twintig jaar geleden bijvoorbeeld een blok woningen voor hoge Oost-Duiters. Zij mochten daar wonen, vlak aan de grens met west. Met de ramen naar het oosten gericht, uiteraard. Je kunt nog zoveel aanzien hebben in het Oosten, naar het Westen gluren mag niemand.
Naast de vele lege plekken in de stad, zijn er nog de ontelbare leegstaande gebouwen. Veelal karkassen. Het bekendste voorbeeld is wel het Palast der Republik. De stad heeft na ellenlange discussies en twijfell besloten dat het palast wordt afgebroken en dat er een slot met de barok gevel (dat er jaren geleden lag), op deze plek moet worden opgebouwd. Maar ja, zelfs afbreken kost veel geld. En als Berlijn, of eigenlijk heel Duitsland, iets niet heeft, is het geld... Dus staat het voorlopig leeg en rest er slechts een karkas. Wel een karkas waar in grote neon-letters ZWEIFEL op staat te lezen. Want over weinig gebouwen is zoveel gepraat in Berlijn, als over het palast.

Geen opmerkingen: